In westerse landen krijgt astma in korte tijd meer aandacht, omdat het aantal personen die lijden aan astma sinds de helft van de vorige eeuw sterk toe is genomen. Inmiddels is de toename gestabiliseerd en lijkt er zelfs een trend tot daling in te zijn gezet. Toch is het vandaag de dag zo, dat in de grote steden één op de zes kinderen last van astma heeft.
Er is niet enkel één oorzaak voor het ontwikkelen van astma aan te wijzen. De aanleg voor astma is echter erfelijk. Op het moment dat één van de ouders aan astma of aan een allergie lijdt, dan heeft een kind vijftig procent kans op het ontwikkelen van astma of van een allergie. Zodra allebei de ouders astma of een allergie hebben, dan heeft een kind zelfs 75 procent kans op het krijgen van astma of een allergie.
Bij een gedeelte van de mensen die lijden aan astma (circa tien procent) speelt een langdurige blootstelling aan kleine deeltjes stof tijdens de dagelijkse bezigheden een rol. De meeste patienten die lijden aan astma zijn eveneens allergisch (zeventig tot tachtig procent). Bij deze mensen wordt de astma veroorzaakt door allergische prikkels welk in worden geademd. De reactie welke dan zal volgen verloopt via antistoffen van het type IgE. In twintig tot dertig procent van alle gevallen is er geen onderliggende allergische reactie aan te wijzen en is er dan sprake van een intrinsieke astma.