Het woord malaria is afgeleid van het Italiaans mala aria dat slechte lucht betekent, en heeft betrekking op de overheersende geur die men in moerassen tegenkomt. In het verleden werd voor malaria dan ook wel de term moeraskoorts gebruikt. Voordat de plasmodium-parasiet werd ontdekt, werd de ziekte toe aan de lucht in moerasgebieden toegeschreven. Moerassen zijn zoals wellicht bekend een prima leefomgeving voor muggen, zodat een dergelijk misverstand eenvoudig is te verklaren.
De plasmodium falciparum, welke bij de mens malaria tropica veroorzaakt, is volgens deskundigen ontstaan uit een malariavariant, welke eveneens bij gorilla’s voorkomt. Genetisch beschouwd komt de bij de gorrilla’s voorkomende parasiet sterk met de menselijke variant overeen. De malariaparasiet, welke ondermeer bij chimpansees en bonobo’s aan wordt getroffen, heeft daarentegen veel meer afwijkende genetische *kenmerken.
Een* wetenschappelijke analyse heeft aangegeven dat alle bestaande plasmodium falciparum populaties afkomstig zijn van de soort plasmodium reichenowi. De overstap gebeurde naar alle waarschijnlijkheid op zijn vroegst twee tot drie miljoen jaar of zo recent als tienduizend jaar geleden. De hedendaagse dodelijke stammen van plasmodium falciparum zijn wellicht na de opkomst van de landbouw ontstaan in Afrika tijdens de laatste vijfduizend tot tienduizend jaar. Voor de ziekte bestaat echter nog geen vaccin waardoor men zich er niet tegen kan inenten.